Spraak
In de spraak komen veel verschillende spraakklanken voor die snel afgewisseld worden. Wanneer niet alle klanken goed uitgesproken kunnen worden of wanneer klanken door andere klanken vervangen worden geeft dit problemen in de verstaanbaarheid.
Problemen
- Kinderen kunnen bijvoorbeeld moeite hebben met de uitspraak van de /v/. De klank kan wel gemaakt worden, maar tijdens spreken wordt de klank steeds vervangen door een andere klank. Je kind zegt dan ’tis’ in plaats van ‘vis’.
- Je kind kan een bepaalde klank niet uitspreken, zoals bijvoorbeeld de /r/.
- De /s/, /z/, /t/, /d/, /n/ en /l/ kunnen tussen de tanden uitgesproken worden waardoor de klank niet correct geproduceerd wordt.
- Klanken kunnen door de neus in plaats van door de mond uitgesproken worden, waardoor het kind door de neus spreekt.
- Je kind kan moeite hebben met de uitspraak van meerlettergrepige woorden. Je kind zegt bijvoorbeeld ‘naan’ in plaats van ‘banaan’.
- Wanneer je kind snel spreekt of zijn mond niet goed beweegt kan dit de verstaanbaarheid nadelig beïnvloeden.
- Kinderen kunnen gaan stotteren.
- Allochtone volwassenen kunnen problemen hebben met de klanken en verstaanbaarheid in het Nederlands.
- De spraak kan verstoord raken door spierzwakte en spierstijfheid.
Wil je meer weten? Bel dan naar 0228 751204. Wil je direct aanmelden? Klik dan op de button.