Stotteren
Bij stotteren verloopt de spraak niet helemaal vloeiend en worden er klanken of lettergrepen herhaald en/of verlengd. Soms gaat dit gepaard met veel spanning. Ademhaling, stemgeving en articulatie kunnen de spraakmotoriek ontregelen. Een zwakke spraakmotoriek kan de oorzaak zijn. Tevens speelt erfelijkheid een grote rol. Er kunnen ook uitlokkende factoren aanwezig zijn zoals emoties, gedachten rond het spreken en omgevingsfactoren.
Problemen
- Klanken, woorden of lettergrepen worden herhaald of verlengd.
- De lippen kunnen met veel spanning op elkaar geperst worden.
- Tijdens spreken kunnen er meebewegingen in het gezicht en van lichaamsdelen zichtbaar zijn.
- De ademhaling kan verstoord zijn.
- Wanneer je niet vloeiend spreekt kun je het erg warm krijgen, waardoor je tijdens spreken transpireert.
- Spreeksituaties kunnen vermeden worden.
- Bepaalde woorden of klanken worden omzeild.
- Er is weinig zelfvertrouwen en angst om te spreken.
- Niet- vloeiende spraak kan de communicatie ernstig verstoren.
Stotteren begint meestal bij kinderen tussen de twee en zeven jaar, maar dit kan ook tijdens de puberteit of na een trauma ontstaan. Bij de meeste kinderen gaat dit vanzelf weer over. Wanneer het langer dan 3 maanden aanhoudt is behandeling door een logopedist of stottertherapeut nodig. Als het niet duidelijk is of er sprake is van stotteren kan de Screenings Lijst Stotteren ingevuld worden. Deze lijst is alleen geschikt voor kinderen.
Spreken is een complexe vaardigheid. Klanken moeten met de juiste snelheid, kracht en op het juiste moment gemaakt worden. Er is dus kans dat dit mis kan gaan. Een zwakke spraakmotoriek kan de oorzaak zijn. Komt stotteren in de familie voor en duurt het al langer dan 3 maanden? Neem dan contact op met een logopedist of stottertherapeut.
Op de website van de Nederlandse Federatie Stotteren staat meer informatie.
Wil je meer weten? Bel dan naar 0228 751204. Wil je direct aanmelden? Klik dan op de button.